Beste pm’er, beste leerkracht, Mag ik jou iets vragen?
Wat houdt jou tegen als het gaat om bewegend leren met je groep? Is het de werkdruk, die toch al behoorlijk is en waarbij dit iets nieuws is wat op je bordje komt? Is het het onbekende? Ben je in je opleiding wellicht niet voldoende voorbeelden tegen gekomen, ken je dit niet van toen je vroeger zelf op school zat? Is het gêne? Voel je je zelf niet op je gemak tijdens het bewegen met jou groep? Geneer je je voor je jezelf, je bewegingen en maak je je zorgen over hoe jouw bewegingen eruit zien? Ik kijk ernaar uit om jullie reacties te lezen, dus laat me vooral iets weten!
Werkdruk?
En dan nu: de voordelen van bewegend leren. Na een kleine wenperiode voor de pm’er of leerkracht durf ik te beweren dat bewegend leren de werkdruk iets kan verlagen: door leerdoelen en beweging te combineren, genieten jij en jouw groep namelijk van de vele voordelen van bewegend leren. Zoals bijvoorbeeld: actie zorgt voor een betere doorbloeding in het lichaam, dus ook in de hersenen. Actievere hersenen leggen sneller nieuwe en dikkere verbindingen tussen de verschillende hersendelen aan, nemen sneller leerstof op. Actievere kinderen leren makkelijker, moeitelozer. En door het zo totaal mogelijk aan te pakken (beweging met een lied/een rijm, ondersteunende muziek en materialen) maken de bewegende lessen zoveel indruk dat nieuwe begrippen veel sneller en langer blijven hangen. Sneller, makkelijk en moeitelozer leren, dat gaat jou tijdswinst opleveren! Alleen maar door het combineren van leerdoel en beweging. Kortom: wat houdt jou nog tegen?
Onbekend maakt onbemind?
Bewegen met kinderen hoeft echt niet van een heel ingewikkeld niveau te zijn. Even opwarmen om de hersenen aan te zetten kan al door te afwisselend te lopen, huppelen, springen en rollen op een aanstekelijk instrumentaal nummer. Daarna ga je aan de slag met instrumentale muziek in combinatie met een zelfbedacht of zelf gevonden lied/vers over wat je wilt aanleren met bewegingen die passen bij het doel. Het is nu winter: “sjaal” kan de een beweging zijn waarbij je in het ritme van de muziek een fictieve sjaal om je nek wikkelt, voor “winterlaarzen” stamp je lekker stevig op de grond. Voor het aanleren van “dichtbij” sluip je bijvoorbeeld allemaal naar het midden van de zaal en kom je heel dichtbij (heel dichtbij de juf/meester komen vinden de kinderen bovendien heel erg leuk!), voor “ver weg” trippel je naar achteren tot je niet verder kunt en dan ben je ver weg van elkaar. Kortom: bewegend leren voor jonge kinderen hoeft niet heel ingewikkeld te zijn, maar door de aanpak, de combinatie van bewegen en het aanbieden van nieuwe begrippen gaat het wel veel makkelijker en maakt het meer indruk. (Zeker als je een ook een echte sjaal en echte laarzen laat zien of aantrekt.) Kortom: wat houdt jou nog tegen?
Gêne?
Sommige van mijn opdrachtgevers vragen mij met nadruk les te geven sámen met de pm’er of de leerkracht. In de praktijk eindigt deze toch vaak op de bank. En dat is begrijpelijk maar ook heel erg jammer. Begrijpelijk omdat men vaak denkt dat er een bepaald niveau van bewegen wordt verwacht door mij of de kinderen, maar dat is niet zo. Ik ga als dansdocent ook geen pirouette of spagaat doen, wanneer ik met peuters of op de basisschool kom bewegen. De bewegingen die je gebruikt zijn passend bij het bewegingsniveau van de kinderen die je lesgeeft. Dus dat valt mee! Dat kun jij ook! Bovendien is het heel erg jammer wanneer je zelf niet meedoet en zelf de motor niet wil/durft te zijn omdat ik als vakleerkracht vaak de gezichten van de kinderen van dichtbij zie. De verwondering wanneer hun juf of meester meedoet. Verwondering én bewondering, want écht pm’ers en leerkrachten: in de ogen van het kind is alles wat jij doet cool, en als jij meedoet is bewegen cool, en als jij meedoet is de vakkracht meteen cool (waarvoor mijn dank!) en als jij meedoet, maak jij zo dat de bewegend leren lessen veel meer indruk maken. (Net als bij andere lessen uit je eigen leven: motorrij-instructeur/stijldansdocent/… staat ook niet alleen maar langs de kant te roepen: “doe maar mee”. Toch?) Dus onthoud: door zelf enthousiast mee te doen, daal je niet in aanzien bij de kinderen uit jouw groep, maar stijgt jouw aanzien zelfs. Mooi meegenomen toch? Kortom: wat houdt jou nog tegen?
Ik sta te springen om jou te helpen!
Vandaar mijn oproep:
Alsjeblieft lieve pm’er, lieve leerkracht, laat je niet langer tegenhouden en ga aan de slag met bewegend leren. De kinderen en hun hersenen hebben het nodig! Alle kinderen van jong tot oud(er). Voor inspiratie mag je mij volgen via facebook, linkedin, nieuwsbrief of mail. Ik sta te springen om jou en jouw groep verder te helpen!
Dit artikel is geschreven door Miranda Molhoek.
Dansondernemer, dansende vrouw, dansende moeder en trotse eigenaar van Studio de Mol:
een pop-up dansschool voor dans en educatie op elke locatie.
Inspirator bewegend leren, Docent Taal- en Rekendans, Vakdocent dans, Cultuurcoach dans,
Sámen Peuterdansen, Deskundigheidsbevordering kinderopvang/p.o., Specialist Dans en HJK